Regio Twente en universiteit krijgen 165 miljoen euro subsidie ​​voor chipfabriek – Computer – Nieuws

De regio Twente krijgt gedurende de eerste zes jaar een subsidie ​​van 165 miljoen euro voor de verdere ontwikkeling van de lokale chipindustrie. Er moet onder meer voor 70 miljoen euro een chipfabriek met de naam New Origin worden gebouwd, dicht bij de Universiteit Twente.

Het geld wordt vrijgemaakt uit de door de overheid gesteunde groeifondsen Quantum Delta, PhotonDelta en Nextgen Hightech, zo detailleert het AD. Deze indirecte overheidsfondsen worden gebruikt om innovatieprojecten te stimuleren. De gezamenlijke fondsen hebben allemaal te maken met chipproductie, inclusief in het geval van Quantum Delta specifieke chips voor quantumcomputers. De chipfabriek New Origin gaat dan ook om lichtchips op basis van siliciumnitridekanalen maken. Beide chips worden ook wel lichtchips genoemd en maken gebruik van fotonen in plaats van de overdracht van gegevens in kwantumcomputers.

Professor Guus Rijnders van de Universiteit Twente legt aan Tweakers uit dat deze niche binnen de chipindustrie zorgvuldig is gekozen. “Er wordt gekeken naar een sector met een relatief kleine omvang om op een kleinere schaal te kunnen instappen.” De New Origin-fabriek zou de reguliere chipindustrie niet kunnen bijbenen, maar moet wel mee kunnen groeien met de kwantumsector, die nog in de opkomende fase verkeer. De betreffende lichtchips kunnen ook worden toegepast in onder meer lidar-systemen voor de auto-industrie.

Rijnders heeft dat de fabriek een diagnosefunctie heeft voor de regio. “We willen New Origin zo snel mogelijk tot private partij maken. De fabriek heeft een uitdagingsfunctie voor de regio en moet andere bedrijven en nieuwe werknemers opgeleid aan de universiteit halen.” Volgens de professor is er al internationale aandacht voor de komende siliciumnitridechipfabriek, al kan hij niet delen welke partijen van de toekomst gieterij gebruik wilt maken.

Samenvatting verschillende bedrijven uit de regio Twente nog gebruik maken van de cleanroom van het MESA+ Instituut, waar Rijnders wetenschappelijk directeur van is. Deze productieruimte wordt gescheiden van de wensen van betrokken bedrijven. Wanneer de nieuwe fabriek binnen de twee à drie jaar in gebruik wordt genomen, kan het MESA+-lab weer volledig voor onderzoeksprojecten worden gebruikt.